Collega Inge Felices Hernandez heeft het college schriftelijk vragen gesteld over dakloze jongeren. In het verleden is geld beschikbaar gesteld en zelfs woonruimte om deze jongeren te helpen, maar met minimaal 60 jongeren die nog altijd geen dak boven het hoofd hebben, kun je toch onmogelijk zeggen dat deze maatregelen effect hebben. DZ wil weten hoe het nu daadwerkelijk zit. Jongeren zijn onze toekomst, het is van belang hen te helpen en te steunen, juist wanneer het lastig is.
Het gehele artikel van Zaanstadnieuws vind u hier…
Hoeveel dakloze jongeren telt de gemeente anno nu, wil DZ weten
Democratisch Zaanstad heeft het college gevraagd hoeveel dakloze jongeren de gemeente momenteel telt, mede naar aanleiding van de dreigende huisuitzetting voor de 20-jarige Sam Geluk, die na de dood zijn moeder niet in hun huurhuis in Assendelft mag blijven wonen. Corporatie Eigen Haard is inmiddels voor hem op zoek naar een alternatieve woning.
DZ vraagt welke maatregelen er het afgelopen jaar genomen zijn om, na een verhoging van het beschikbare budget, kwetsbare jongeren beter te kunnen huisvesten en hoe het vlot met overleg over het tekort aan woningen en opvangplekken met Jongeren Ervaringsdeskundigen Zaanstad (JEZ).
50 zwerfjongeren
Iets meer dan een jaar geleden schreef het college dat er in het voorgaande jaar in Zaanstad rond 50 zwerfjongeren in beeld waren gekomen, via het Straathoekwerk, de Sociale wijkteams en het Jeugdteam. ‘De indruk bestaat dat dit een vrij constant aantal is, hoewel de groep van samenstelling wisselt.’ Zo’n 20 jongeren hadden zware problemen en voor hen moest er nog een goede opvang komen – naast woonruimte voor jongeren die klaar zijn voor een zelfstandig leven.
De gemeente is inmiddels de aanbesteding gestart voor een opvanglocatie voor de jongeren met de zwaarste problemen. Een beoogde locatie is nog niet bekendgemaakt.
Onderwijs, jeugd en zorg
School gymnastiek verplicht 2 uur is geen probleem in Zaanstad (of toch wel?)
Zijn er te weinig gymlokalen in Zaanstad? DZ stelt vragen en krijgt antwoorden!

In het Noordhollands Dagblad van 10 februari stond geschreven dat per komend schooljaar, wanneer 2 uur gymnastiek verplicht wordt en dat er in Zaanstad onvoldoende gymzalen zouden zijn. Wij hebben hier vragen over gesteld (en antwoord gekregen) die wij graag met u delen:
Vraag 1
Klopt het dat er in Zaanstad onvoldoende gymlokalen zijn om aan de verplichting van 2 uur gym te voldoen voor het basisonderwijs?
Wij kregen hierop het volgende antwoord:
Nee, het klopt niet dat er in Zaanstad onvoldoende gymzalen zijn. De verplichting om 2 uur lichamelijk onderwijs te geven, zoals genoemd in de pers, betekent geen verruiming van het gymonderwijs. Er zijn dus ook geen extra gymzalen nodig.
Technische uitleg
Het misverstand komt voort uit een onduidelijkheid in een wijziging van onderwijswetgeving. In de onderwijswetten wordt normaal gesproken over een lesuur (= 45 minuten in basisonderwijs) of een klokuur (= 60 minuten). De wetswijziging spreekt zonder verdere toelichting over een uur. Niet uit de wet en niet uit de toelichting van de gewijzigde wet blijkt of met een uur, een lesuur (dus 45 minuten) of een klokuur (dus 60 minuten) is bedoeld. Als een klokuur is bedoeld zou het minimale aantal uren bewegingsonderwijs waarvoor gemeenten ruimten moeten aanbieden van 90 (voor wetswijziging) naar 120 minuten (na wetswijziging) gaan. Dat zou inhouden betekent dat gemeenten snel gymzalen moeten gaan bijbouwen om onderdak te kunnen bieden aan de extra gymbehoefte.
Op vragen naar de uitleg verklaart het
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)
Zowel departement, als politiek als gemeenten als sectoren als De Koninklijke Vereniging voor Lichamelijke Opvoeding (KVLO) etc zijn het er allemaal over eens dat er sprake is van 2x een lesuur = minimaal twee keer 45 minuten per week bewegingsonderwijs. Punt in kwestie is dat de wet aangepast moet worden omdat er nu op z’n minst juridisch gezien sprake kán zijn van twee klokuren van 60 minuten omdat niet duidelijk is gesteld dat het om lesuren gaat en niet om klokuren. Dat betekent dat er een traject voor wijziging van minimaal een jaar gaat lopen en dat ondertussen de boodschap is: ga zorgen dat er twee lesuren van 45 minuten gegeven kunnen worden. De inspectie is ook op de hoogte en zal niet wijzen op 2x 60 minuten.
Vraag 2
En nu? Onze vervolgvraag was: Zo ja, wat voor plannen heeft de gemeente om dit probleem om te lossen en wat is hier de status van?
Met als antwoord:
Bij het uitwerken van bovenstaande wijzigingswet is dus eenvoudigweg een fout gemaakt, waardoor de formulering van de hoeveelheid bewegingsonderwijs voor zowel het basisonderwijs als het (voortgezet) speciaal onderwijs verkeerd is gedefinieerd. Dat wordt nu hersteld. Gemeenten hoeven niet aan de slag met het bijbouwen van gymzalen.
Inmiddels is wel een onderzoek uitgezet en zijn de consequentie inzichtelijk wat het betekent om de gymcapaciteit uit te bereiden naar 2 klokuren – 120 minuten bewegingsonderwijs. Daarvoor is het in Zaanstad nodig om minimaal acht gymzalen (investering per zaal is ca. 1,7 milj.) toe te voegen aan de huidige capaciteit. Deze uitbreiding lijkt niet realistisch en valt buiten de wettelijke zorgplicht van de gemeente. Daarom is het advies om vast te houden aan het wetgevende kader, te weten 1,5 klokuur – 2 lesuur – 90 minuten bewegingsonderwijs faciliteren in een gymzaal, maar wel in gesprek met het primair onderwijs op zoek te gaan naar alternatieven die er voor zorgen dat de kinderen op de Zaanse scholen voldoende kwalitatieve beweegmomenten hebben. Zoals eergenoemd het benutten van de omgevingen van de scholen.
Oftewel: als 2 uren lichamelijk onderwijs inhoudt 2 lessen van 45 minuten is er geen probleem. Wordt het 2 klokuren, dan hebben we een uitdaging! Wat Democratisch Zaanstad betreft: wij denken graag mee met alternatieven voor lichamelijke opvoeding in een gymzaal, zoals bijvoorbeeld schoolzwemmen!
Onderwijs, jeugd en zorg
Opening Dynamica Wormerveer

John Steygeman was donderdag 8 december namens Democratisch Zaanstad aanwezig bij de officiële opening van #Dynamica, welke werd verricht door wethouder Onderwijs, Groothuismink. Een school voor openbaar gespecialiseerd & speciaal basisonderwijs en voortgezet onderwijs als onderdeel van Zaan Primair.

Onderwijs, jeugd en zorg
Zwemveiligheid in het gedrang
Waarom DZ voor herinvoering schoolzwemmen pleit.

Op 14 maart was er in Tros Radar een item met als titel ‘zwemonderwijs in Nederland onder de maat’. Het onderwerp stipte een paar grote problemen aan:
- Iedere aanbieder mag zijn eigen zwemdiplomalijn voeren, zonder dat hier een minimum eis voor bestaat;
- Niet voor alle zwemdiploma’s gelden er (diploma)eisen voor instructie;
- Het schoolzwemmen is in veel gemeenten wegbezuinigd.
Dit probleem is niet nieuw, reeds in 2015 besteedde 1vandaag hier aandacht aan. Gevolg is dat de zwemveiligheid verder in het gedrang komt. Toch gaat het probleem verder dan alleen deze drie zaken.
Voor Zaanstad pleit Democratisch Zaanstad aan de herinvoering van het schoolzwemmen en het zien van sport als een kerntaak van onderwijs (en navenant handelen) en gaat vragen stellen over de organisatie van het zwemonderwijs in Zaanstad. Hieronder kunt u lezen waarom.
Van 1985 tot nu
In 1985 is het zwemonderwijs door de overheid geschrapt als verplicht onderdeel van het bewegingsonderwijs. De verantwoordelijkheid voor het zwemonderwijs is volledig bij de ouders neergelegd. Hierbij is een nieuw nationaal zwemdiploma gekomen, uitgegeven door de NRZ (toen nog Nationale Raad Zwemdiploma’s, thans Nationale Raad Zwemveiligheid). Deze instantie ziet tevens toe op de kwaliteit bij het diploma zwemmen.
Echter, wettelijk is deze rol niet geborgd en mag elke aanbieder in principe zijn eigen diplomalijn voeren. Hierdoor is een wildgroei aan diploma’s ontstaan. Daarnaast zijn meer en meer commerciële aanbieders in kleinere zwembaden lessen aan gaan bieden.
Was het ‘vroeger’ normaal dat een kind met een leeftijd van 5,5 tot 6 jaar begon aan de zwemlessen, ouders willen (begrijpelijk) dat hun kinderen op zo jong mogelijke leeftijd zwemveilig worden. De markt heeft hieraan voldaan en voor de lockdown starten veel kinderen al bij 4 jaar met zwemonderwijs.
Tegelijkertijd vindt een deel van de ouders zwemles een verplichting. Zeker bij ouders met ‘de haak’ als halve jeugdtrauma in het achterhoofd, is het sentiment t.o.v. het zwembad niet altijd positief. Daarnaast zijn de wachtruimten nog wel weinig klantvriendelijk en tenslotte goed zwemonderwijs veel geld. Ofwel, er is druk vanuit de ouders richting de zwembaden, maar ook richting de kinderen om snel af te zwemmen.
Beloften van een spelcomputer bij het behalen van een diploma, of het pas op een andere sport mogen na het behalen van een zwemdiploma zijn geen uitzonderingen. Hierbij lijkt het behalen van het diploma belangrijker dan dat het kind echt zwemveilig is. Daarnaast, zo blijkt uit de reportage van Radar, zwemmen kinderen af voordat zij echt zwemveilig zijn. Dit uit klaarblijkelijk commercieel oogpunt.
Parallel aan deze ontwikkeling hebben meer en meer gemeenten het schoolzwemmen wegbezuinigd. Immers, het behalen van het zwemdiploma is de verantwoordelijkheid van de ouders. Aan het gegeven dat zwemmen een belangrijke rol speelt in het bewegingsonderwijs is hierbij volledig voorbij gegaan. Inmiddels bieden minder dan 30% van de gemeenten nog het schoolzwemmen aan.
Daarnaast kosten zwembaden veel geld (hoeveel buitenbaden zijn er bijvoorbeeld niet wegbezuinigd?). Waren zwembaden vroeger veelal in beheer van de gemeente, tegenwoordig is een groot aantal zwembaden zijn door hun gemeenten ‘in de markt gezet’, waarbij een zo laag mogelijke bijdrage van de gemeente prioriteit krijgt boven de kwaliteit van dienstverlening.
De rol van de overheid
De overheid speelt een grote rol in de zwemveiligheid van onze jeugd. Zo is het opstellen van landelijke normen aan een nationaal zwemdiploma een logische. Immers, een rijschool mag ook niet haar eigen rijbewijs opstellen. Daarnaast is de rol van het zwemmen in het bewegingsonderwijs onderschat. Zo pleit de reddingsbrigade al jaren voor het herinvoeren van het schoolzwemmen.
Als de landelijke overheid het zwemonderwijs niet wil verplichten in het curriculum, dan is het zaak dat lokale overheden het schoolzwemmen oppakken. In deze video clip leggen wij uit wat het nut van het schoolzwemmen is in het bewegingsonderwijs aan de hand van twee experts.
Ook wordt het belang van sporten niet altijd op waarde geschat. Elke euro die gemeenten investeren in sport levert twee en een halve euro aan rendement op.
Het is van groot belang dat sport als kerntaak wordt gezien en niet als kostenpost. Bij minder financiële druk bij de exploitatie van zwembaden en meer focus op kwaliteit aan dienstverlening, zal het ‘product’ zwemles ook verbeteren.
Tenslotte is er de laatste jaren veel maatschappelijke aandacht geweest (en terecht) voor de salarissen van beroepen in het onderwijs, zorg, politie enz. Echter, ook de salarissen in de sport in het algemeen en zwembaden in het bijzonder blijven achter, terwijl de verantwoordelijkheden alleen maar toenemen. Als wij een bepaalde kwaliteit eisen dient hier ook naar betaald te worden!
Maar ook de branche zelf moet zich ontwikkelen!
Uiteraard ligt er ook een rol voor de branche zelf. De zwembranche is een redelijk behoudende branche waarin veranderingen langzaam gaan. Via modern zwemonderwijs kan er effectiever les worden gegeven, gericht op competenties en niet eindcriteria. Waarom hanteren we nog altijd bijvoorbeeld het door-het-gat-zwemmen, terwijl het doel van dit criteria ook op andere, veel plezierige manieren kan worden behaald. Daarnaast ontbreekt het de branche kennelijk aan slagkracht richting de overheid om haar belangen goed voor het voetlicht te brengen.
Conclusie: schoolzwemmen en sportbedrijf
De zwemveiligheid komt verder in het gedrang. Een groot deel van de oplossingen liggen bij het gebrek aan regelgeving en financiering. Zowel landelijke als de lokale overheid hebben een rol bij het oplossen van de problemen, waarbij er een uitdaging ligt in de branche om zich beter te verenigen en verder te professionaliseren.
In Zaanstad pleit Democratisch Zaanstad al langer voor de herinvoering van het schoolzwemmen. Ook behoort sport een kerntaak van onderwijs te zijn. Daarnaast gaan wij vragen stellen aan het college over de lokale situatie t.a.v. de kwaliteit van het lesgeven in lijn met de punten van dit artikel.
-
Wonen, vastgoed, buitenruimte, bereikbaarheid1 maand geleden
-UPDATE- Huizen Westzaan nog maanden aangewezen op aggregaat!
-
Wonen, vastgoed, buitenruimte, bereikbaarheid2 maanden geleden
Verdiept spoor Guisweg van de baan
-
Milieu, duurzaamheid, ruimtelijke en gebiedsontwikkeling3 maanden geleden
Klimaatneutraal in 2040: Wat vindt jij?
-
Milieu, duurzaamheid, ruimtelijke en gebiedsontwikkeling2 maanden geleden
DZ op de bres voor behoud Pallethandel De Boer
-
Bestuur en financiën1 maand geleden
Vertrouwen openbaar bestuur loopt deuk op vanwege inzet ambt wethouder Slegers (CDA) voor politiek gewin in verkiezingstijd
-
Wonen, vastgoed, buitenruimte, bereikbaarheid2 maanden geleden
Hoofdpijndossier Peperstraat: Aanpak nog onzeker, maar huren zijn al opgezegd!
-
Onderwijs, jeugd en zorg3 maanden geleden
School gymnastiek verplicht 2 uur is geen probleem in Zaanstad (of toch wel?)
-
Maatschappelijke ontwikkeling2 maanden geleden
-UPDATE- Gemeente laat het aan kinderdagverblijf Fleurig over onderdak te vinden