Veiligheid, handhaving en publieke dienstverlening

Kan burgemeester beantwoorden van vragen DZ (en dus gemeenteraad) verbieden?

Opdracht om vragen van DZ over gesprek Ombudsman Metropool Amsterdam en inwoner van Zaanstad niet meer te beantwoorden?

Gepubliceerd

op

Burgemeester Hamming heeft de gemeentesecretaris opdracht gegeven om vragen van Democratisch Zaanstad over een gesprek tussen de Ombudsman Metropool Amsterdam en een inwoner van Zaanstad niet meer te gaan beantwoorden.

Hieronder de brief die wij hierover hebben gestuurd naar de Raadsgriffie:

Geachte raadsgriffie,

In voorbereiding op het gesprek dat op 13 juni jl. onder leiding van de Ombudsman Metropool Amsterdam, tussen een inwoner van Zaanstad en de gemeente Zaanstad anderzijds heeft plaatsgevonden, hebben wij eerder vragen gesteld/ informatie opgevraagd.

Op 4 juni jl. is ons informeel bij monde van de burgemeester te verstaan gegeven, dat hij de gemeentesecretaris opdracht had gegeven om ambtelijk, o.a. op deze vragen, geen antwoorden te geven. Formeel gezien heeft de burgemeester dit niet aan ons dan wel de gemeenteraad kenbaar gemaakt. Daarom gaan wij ervanuit uit dat de eerder door ons gestelde vragen, aangevuld met de laatste informatie, alsnog beantwoord zullen worden.

Bij het gesprek op 13 juni jl. waren wij aanwezig als DZ omdat wij betrokken zijn bij deze casus. De burgemeester en een ambtenaar waren afgevaardigden namens de gemeente. Naar aanleiding van deze casus en ten aanzien van het advies dat de Ombudsman in deze casus inmiddels heeft uitgebracht, alsmede het advies, uitgebracht door de externe hoor -en adviescommissie, zouden wij graag antwoord willen hebben op de volgende vragen c.q. beschikking willen hebben over de volgende informatie:

1. Om welke reden is er nooit inhoudelijk reactie gegeven aan op de brieven van de betreffende inwoner en ook niet in antwoord op de vraag waarom er dan niet inhoudelijk op zijn brieven wordt gereageerd?

2. Hoe is tot de samenstelling van de deelnemers aan het gesprek op 13 juni jl. tot stand gekomen? En met welke onderbouwing?

3. Wat is de concrete vraag van de gemeente Zaanstad, aan de Ombudsman in deze casus, waardoor er een gesprek is plaatsvond op 13 juni jl. Of is dit gesprek een gevolg van het schrijven van de inwoner aan de Ombudsman?

4. Wat was de insteek van voornoemd gesprek, qua verwachting van) de uitkomst c.q. doelstelling ervan, volgens de gemeente Zaanstad?

5. Wat is de positie van de burgemeester als bestuurder in dergelijk casuïstiek, formeel gezien en waar is dit vastgelegd?

6. Op welke criteria wordt een beroep gedaan, om onderbouwd te kunnen bepalen dat een bestuurder wel deelneemt aan een dergelijk gesprek (zoals in deze casus) of niet deelneemt aan een dergelijk gesprek (zoals de casus Hemkade)?

7. Hoe worden adviezen van de Ombudsman in algemene zin, wel of niet, verwerkt in staand beleid?

8. Wat is volgens de gemeente grofweg het advies en de conclusie van de Ombudsman in deze casus, als het gaat om concrete verbeteringen voor de toekomst? Welke zaken/adviezen neemt de organisatie over, welke niet en waarom?

9. Welke ‘lessen’ trekt de gemeente uit deze casus en waarom?

10. Als verbeteringen/adviezen voortvloeiende uit het advies van de Ombudsman worden overgenomen, op welke wijze worden deze dan verwerkt en vastgelegd in de diverse werkinstructies en waar kunnen inwoners en ondernemers deze straks terugvinden?

11. Ziet de organisatie ook aanbevelingen die zouden kunnen bijdragen aan een betere en gelijkwaardige participatie van inwoners en ondernemers als het gaat om contact met de gemeente Zaanstad, in verschillende opzichten (conflictbeheersing, een functie als ‘recensent/klankbord’, de-juridificering, gebruik maken van expertise vanuit de samenleving, co-creatie en zo meer)? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?

12. Maakt dit soort casuïstiek op de een of andere wijze, onderdeel van uit van het opstellen van beleid ‘omtrent participatie in Zaanstad’? Waarom wel of niet?

13. Hoe voorkomt de gemeente escalatie en het maken van aanzienlijke kosten in de toekomst, wanneer het in de kern gaat om een (volgens de Ombudsman, na onderzoek vastgesteld) probleem in de communicatie?

14. Is in deze casus, of in andere casuïstiek, gebruik gemaakt van de ‘lessen Toermalijn’? Zo ja, welke? Zo nee, waarom niet?

15. Zijn de ‘lessen Toermalijn’ op de een of andere wijze vastgelegd in beleid c.q. werkinstructie bij de gemeente Zaanstad? Zo ja, waar en op welke wijze? Zo nee, waarom niet?

Alvast veel dank voor de beantwoording van onze vragen.

Met vriendelijke groet,

Juliëtte Esmée Rot

Fractievoorzitter Democratisch Zaanstad

0 Score (0 stemmen)
Waardering artikel
Reacties: Geef je reactie:
Sorteer op:

Laat als eerste een reactie achter:

Verified
{{{review.rating_comment | nl2br}}}

Laat meer zien ...
{{ pageNumber+1 }}
Geef je reactie:

MEEST GELEZEN

Mobiele versie afsluiten