Bestuur en financiën
Uitstel interpellatie ‘Vertrouwen in openbaar bestuur’
Brief aan leden van de gemeenteraad en burgemeester
Brief aan leden van de gemeenteraad en burgemeester:
Uitstel interpellatie ‘Vertrouwen in openbaar bestuur’
Geachte leden van de gemeenteraad, geachte burgemeester,
Enige tijd geleden hebben wij verzocht om het college te bevragen over de gang van zaken ten aanzien van de juridische procedure over onze verkiezingsborden. Omdat het handelen in deze procedure invloed heeft op het vertrouwen in het openbaar bestuur, hebben wij de interpellatie deze titel meegegeven. Het vertrouwen in het openbaar bestuur is in geding als de overheid zich niet houdt aan vastgestelde procedures. Op 25 mei a.s. staat deze op deze interpellatie agenda voor de raadsvergadering.
Met dit bericht verzoeken wij u om de behandeling van de interpellatie uit te stellen tot na het zomerreces. De reden hiervoor is dat er een andere situatie is ontstaan, waardoor het voor een meervoud van redenen beter is de interpellatie uit te stellen. De redenen hiervoor zijn:
– Na het aanvragen van het interpellatiedebat is er wéér nieuwe informatie naar voren gekomen (zie hieronder), waarover aanvullende vragen zijn gesteld. Deze informatie is voor de interpellatie van belang, het is van groot belang dat u en wij alle informatie tot onze beschikking hebben.
– Daarnaast hebben wij onlangs de toezegging gekregen dat er een nieuwe zitting plaats gaat vinden bij de hoor- en adviescommissie. Tot op heden heeft de gemeente het dossier richting deze commissie van nieuwe informatie voorzien, terwijl de zitting al had plaatsgevonden.
– Tenslotte heeft het college een raadsinformatiebrief u en ons doen toekomen die impact heeft op de interpellatie.
Na de hoorzitting van 7 februari jl. is gebleken dat wij ons bezwaar tegen het voornemen van de last onder dwangsom en de opgelegde dwangsom, nader mochten onderbouwen. Om onze nadere onderbouwing vorm te geven, hebben wij gevraagd of er wellicht aanvullende informatie beschikbaar was. Dat bleek zo te zijn, maar pas nadat wij onze nadere onderbouwing hadden ingediend bij de externe hoor- en adviescommissie.
Als gevolg van deze aanvullende informatie, hebben wij een aantal vragen gesteld die nog niet beantwoord zijn. Ook als gevolg van deze aanvullende informatie, heeft de burgemeester ons op 10 mei jl. een e-mail gestuurd met een uitleg van de gang van zaken.
Naar aanleiding van deze e-mail hebben wij gevraagd om onderbouwing van de uitleg. En ook de externe hoor- en adviescommissie hebben wij gevraagd om een extra hoorzitting. De voorzitter heeft besloten dat deze hoorzitting gehouden zal worden, deze zal plaatsvinden op 21 juni 2023 om 17:15 uur.
Democratisch Zaanstad hecht waarde aan een zorgvuldig proces waarbij de gemeenteraad goed geïnformeerd is en daarmee in de positie is om de interpellatie inhoudelijk te kunnen behandelen. Vanwege bovenstaand uitgelegde situatie is er sprake van een onvolledig beeld van de feiten en omstandigheden.
Om deze redenen willen wij onze interpellatie uitstellen tot na het zomerreces, dit ook vanwege de afwezigheid van de burgemeester vanaf medio juni. Na het zomerreces nemen wij graag het initiatief om, voorafgaande aan de interpellatie, het verzoek in te dienen tot het houden van een Zaanstad Beraad over de raadsinformatiebrief van 17 mei jl. met als onderwerp ‘Juridische procedure verkiezingsborden’. Wij zullen dan ook zorgen voor het feitenrelaas. De voorzitter van de gemeenteraad vragen wij, op het eerste moment daarna, onze interpellatie te agenderen.
Indien er vragen bij u bestaan dan kunt u ons benaderen voor een toelichting.
Met vriendelijke groet,
Juliëtte Esmée Rot
Fractievoorzitter Democratisch Zaanstad
Lokale heffingen
Wanneer wel/niet in beroep tegen uitspraak rechter om WOZ-waardebepaling
De fractie van Democratie Zaanstad heeft het college van B&W een serie vervolgvragen gesteld omtrent de WOZ-waardebepaling in Zaanstad.
De fractie van Democratie Zaanstad heeft het college van B&W een serie vervolgvragen gesteld omtrent de WOZ-waardebepaling in Zaanstad. Een en ander naar aanleiding van de beantwoording van het college op eerdere artikel 51-vragen. De raadsfractie is onder meer geïnteresseerd in hoe de besluitvorming loopt in Zaanstad als er besloten wordt al dan niet in beroep te gaan tegen een uitspraak van een rechter.
De vragen zijn gesteld naar aanleiding van een rechtszaak over de hoogte van de WOZ-waarde woning van inwoner van Zaanstad. De bestuursrechter stelde in die zaak (2 mei 2024) de inwoner in het gelijk. Bovendien werd in de rechtszaak de WOZ-waarde van de woning lager vastgesteld. Zaanstad moest griffierechten betalen en het teveel betaalde bedrag terugbetalen aan de eigenaar van de woning. Bijzonder en reden voor de nieuwe vragen van DZ is een uitspraak van het afdelingshoofd belastingen in een brief aan de eigenaren: “Hoewel ik mij niet kan vinden in de waarde zoals die door de rechter is bepaald, heb ik besloten om tegen deze uitspraak geen hoger beroep in te stellen.”
In de beantwoording van de eerdere artikel 51-vragen van DZ, reageerde het college van B&W dat het geen oordeel heeft over het vonnis van de rechter. Naar aanleiding van die uitspraak en de reactie van het afdelingshoofd over de door de rechter bepaalde WOZ-waarde wil DZ weten hoe dat zich verhoudt met de reactie van B&W geen oordeel te hebben over het vonnis en vooral ook hoe wordt besloten al dan niet in beroep te gaan tegen een uitspraak van een rechter.
Precedentwerking
Volgens B&W heeft het vonnis van de bestuursrechter geen precedentwerking. Vrij vertaald betekent dit dat andere WOZ-benadeelden in Zaanstad niet naar dit vonnis kunnen verwijzen om hun bezwaren gegrond verklaard te krijgen. Alleen is onduidelijk, vindt Democratisch Zaanstad, waarom dit specifieke vonnis geen precedentwerking heeft. Het college heeft die opvatting niet onderbouwd stelt DZ, reden om alsnog om die onderbouwing te vragen. Aanleiding hiervoor is uiteraard het negatief oordeel van de bestuursrechter over de manier waarop in Zaanstad de WOZ-waardebepaling verloopt. Betrof het hier een uitspraak over een WOZ-waardebepaling in 2022, er loopt nog een rechtszaak over een WOZ-waardebepaling van dezelfde woning in 2023. Voor die laatste zaak is door het college een taxateur aangesteld. Waarom zegt de gemeente dan in het ene geval geen oordeel te hebben over een uitspraak van de rechter en in het andere geval te besluiten een taxateur aan te stellen, vraagt de DZ-fractie zich af.
30% Bezwaren tegen WOZ-waardebepaling succesvol
Democratisch Zaanstad had eerder gevraagd of er meer bezwaarmakers hun zaak met succes zagen afgewikkeld. Volgens B&W is 30% van de bezwaren/beroepen tegen een waardebepaling succesvol geweest. Maar concrete informatie wil het college vanwege de privacywetgeving niet verstrekken. Desondanks wil DZ graag die informatie, dan maar zwartgelakt/privacyveilig.
B&W zijn niet altijd verplicht informatie te delen met de gemeenteraad blijkt uit beantwoording van eerdere DZ-vragen. Argument hiervoor is dat er sprake kan zijn van ‘persoonsgebonden casuïstiek’, maar onduidelijk is welke criteria hiervoor gelden. Het leidt tot vraagtekens, omdat in het sociaal domein bijvoorbeeld wel dergelijke informatie wordt gedeeld met de gemeenteraad. Waarom zou je bij het ene wel en bij het andere geen informatie verschaffen?
Bron : RadioTVZaanstreek
Hierbij onze vragen aan het college:
Lokale heffingen
Bezwaar maken tegen WOZ heeft zin: 30% wordt verlaagd
Vragen stellen aan het College en bijna geen antwoorden krijgen.
“In de afgelopen jaren leidde circa 30 procent van de ontvangen bezwaren tegen de vastgestelde WOZ-waarde, tot een verlaging.”
Het citaat is bijvangst uit een serie vragen die Juliëtte Rot stelde over succesvolle bezwaren die een inwoner bij de rechtbank tegen de vastgestelde WOZ-waarde had gemaakt. Bijvangst maar wel een nieuwtje en iets om in de oren te knopen bij de volgende aanslag.
Aantallen en details willen burgemeester Hamming en wethouder Stephanie Onclin niet geven: “De uitspraken op de bezwaren vallen onder de wettelijke geheimhoudingsplicht.” Dat is natuurlijk onzin, als hij het percentage kan geven, is het aantal natuurlijk ook openbaar (niks ‘geheimhoudingsplicht’). Bovendien vraagt Rot naar de ‘vonnissen’ en dat zijn – geanonimiseerde – uitspraken.
Hamming en Onclin zijn sowieso kribbig bij de beantwoording. De WOZ-zaak speelt ook een rol in de ruzie tussen Rot en Zaanstad over een onderzoek dat Hamming naar Rot wil laten uitvoeren waarbij klachten over haar integriteit een rol zouden spelen. Zaanstad wil eigenlijk niks zeggen (‘geen oordeel’) en stelt ook dat de uitspraak geen precedentwerking heeft (ook dat is nog maar de vraag, iedereen kan met verwijzing naar deze zaak een nieuwe zaak aanspannen en dan kan het zeker precedentwerking hebben).
De vragen met het antwoord zijn hier te vinden. Wie op die link klikt, komt in het Raadsinformatiesysteem. Tot niet zo lang geleden waren documenten te downloaden vanaf deze site. Om onnaspeurlijke redenen kunnen wij deze optie niet meer vinden. Dat maakt ons werk (en dat van burgers die geïnteresseerd zijn er niet beter op).
Bron: De Orkaan
Hier de vragen en de beantwoording:
Bedrijfsvoering
Alom onduidelijkheid over aanklacht integriteit fractievoorzitter DZ
Commissaris van de Koning beoordeeld integriteitsklacht jegens Burgemeester Hamming.
Na een aantal verzoeken van DZ om informatie van de gemeente, wordt er eindelijk iets meer duidelijk over het betichten van mogelijke belangenverstrengeling van onze fractievoorzitter Juliëtte Rot, door Burgemeester Hamming.
Het meldpuntintegriteit van de gemeente Zaanstad meldt DZ het volgende:
“De aanleiding voor een onderzoek is door de burgemeester geuite zorgen over uw handelen inzake o.a. de kwestie met dhr. Van Groeningen en de kwestie met de familie Groen die volgens de burgemeester mogelijk (de schijn van) belangenverstrengeling in zich hebben en uw verzoek om een integriteitsonderzoek.”
“Op basis van het eerder genoemde meld- en onderzoeksprotocol integriteit politieke ambtsdragers is de eerste stap dat we nagaan of er sprake is van een concreet vermoeden van een integriteitsschending. De zogenaamde validatiefase. Dit willen we zorgvuldig doen door de melder, in dit geval burgemeester, te horen.”
Het is DZ duidelijk geworden dat Burgemeester Hamming zelf melder is van integriteits schendingen aan het meldingspuntintegriteit.
Helaas heeft deze melder, aan onze fractievoorzitter Juliëtte Rot, tot op de dag van vandaag, nog steeds niet concreet gemaakt waar de integriteitsschendingen en belangverstrengelingen uit bestaan.
Democratisch Zaanstad is dan ook benieuwd of Burgemeester Hamming door de validatiefase van het meldpuntintegriteit van de gemeente Zaanstad komt.
Het meldpuntintegriteit van de gemeente Zaanstad bevestigd in haar mail de stelling van onze fractievoorzitter Juliëtte Rot, dat Juliëtte zelf heeft verzocht om een integriteitsonderzoek en niet zoals de Burgemeester meldde aan de Gemeenteraad, dat de Burgemeester zelf het onderzoek initieerde.
Deze bevestiging van het meldpuntintegriteit van de gemeente Zaanstad heeft de fractievoorzitter doorgeleid naar de gemeentelijke ombudsman om een klacht over de Burgemeester in te dienen.
De gemeentelijke ombudsman heeft op zijn beurt aan DZ gemeld, dat hij de Commissaris van de Koning inmiddels heeft geïnformeerd, om de integriteitsklacht jegens Burgemeester Hamming te beoordelen.
- ZaanZappen met Johan Philips3 maanden geleden
Molentjesgekte steekt de kop weer op
- Wonen, vastgoed, buitenruimte, bereikbaarheid2 maanden geleden
Betaald parkeren invoeren zonder draagvlakmeting.
- ZaanZappen met Johan Philips3 maanden geleden
Grasaren-overlast voor honden
- Nieuws2 maanden geleden
Ter nagedachtenis aan Tineke Alberts
- ZaanZappen met Johan Philips2 maanden geleden
Draagvlak altijd meten?
- Werk, inkomen en economie4 weken geleden
Broodjeszaak Cecen op het Stadhuisplein in Zaandam is langer dicht dan open
- ZaanZappen met Johan Philips2 maanden geleden
Geen klimaatburgemeesters nodig, maar gezond werkend innovatief verstand
- Milieu, duurzaamheid, ruimtelijke en gebiedsontwikkeling1 maand geleden
Mysterieuze uitstroom Norit met ‘witte vlekken’ in Noordzeekanaal.